U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Anthonius Davervelt (1802-1879)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Antonius Daverveld (1802-1879)
.
Persoonsinformatie
Volledige naam Antonius Daverveld
Geboorteplaats Uden
Geboortedatum 27 augustus 1802
Overl.plaats Deurne
Overl.datum 2 april 1879
Partner(s) Joanna Maria Engelen (1801-1861)
Beroep(en) kleermaker

Antonius Daverveld (1802-1879) was vanaf 1825 kleermaker in Deurne.


Hij was een zoon van Gerardus Daverveld en Helena van den Berg en werd op 27 augustus 1802 in Uden gedoopt. Hij huwde in Uden op 27 oktober 1825 met Joanna Maria Engelen, (Nederweert 25 februari 1801 - Deurne 25 september 1861), dochter van Antonius Engelen en Christina Tiessen.
Uit dit huwelijk werden in Deurne de volgende kinderen geboren:

  1. Antonius, (Deurne 23 oktober 1826)
  2. Helena, (Deurne 21 april 1828)
  3. Hendricus, (Deurne 24 april 1830 - Deurne 29 september 1894), huwde Anna Maria van der Loo (1813-1898).
  4. Petronella, (Deurne 11 september 1832 - Deurne 12 september 1905), huwde Antoon van Neerven (1823-1889).
  5. Johannes, (Deurne 1 februari 1834); hij vertrok in 1857 naar Aldekerk (Pruisen).
  6. Lambertus, (Deurne 30 januari 1836 - Deurne 2 januari 1888), ongehuwd.
  7. Maria, (Deurne 30 april 1838),
  8. Gerardus, (Deurne 29 augustus 1840 - Asten 20 augustus 1917), huwde Gertrudis Doensen.
  9. Leonardus, (Deurne 2 november 1843 - Deurne 31 december 1843), hij had ook nog een tweelingbroertje dat dood werd geboren.

Het gezin leidde een armoedig bestaan. In 1858 moest het tijdelijk ondersteund worden door de armenzorg uit hoofde ziekelijke toestand zijns gezins en gebrek aan werk.
In 1860 was hij vanwege zijn lichamelijke gesteldheid en gebrek aan opdrachten niet langer in staat om zijn gezin volledig te onderhouden. Het was destijds gebruikelijk dat bij armlastigheid de gemeente van herkomst verantwoordelijk was voor geldelijke ondersteuning. Omdat hij niet in staat was om zijn huur te betalen, een bedrag van 15 gulden per jaar, ging de rekening dus naar Uden. Toen later hun 21-jarige zoon Gerard vanwege stroperij ook nog eens in het opvoedingsgesticht van Veenhuizen belandde moest het gezin ook in het dagelijkse levensonderhoud ofwel een brood van 6 Nederlandse ponden per week worden ondersteund.
Dat de financiële nood in het gezin hoog was blijkt ook uit het feit dat mevrouw Daverveld-Engelen samen met een van haar dochters in Liessel ging bedelen. Zij werden in april 1860 door veldwachter Nicolaas Althuizen op heterdaad betrapt. Dit vergrijp kostte haar een dag gevangenisstraf en de betaling van ruim acht gulden proceskosten.