U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Johannes Hermans (voor 1625-na 1679)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Johannes Hermans (Hermens(en)) (voor 1625-na 1679) alias van Meijel was inwoner van Deurne en gehuwd met Maria (Meriken) een dochter van Frans Willem Gielens de Smed en Jenneke Dirk Jacobs.


Op 23 mei 1653 verkocht hij met Frans Willem Gielens, waarschijnlijk zijn schoonvader, en zijn zwager Lucas Fransen met zijn overige schoonbroers en -zussen een akker aan de Lijkweg aan Paulus Jan Conincx.

Op 4 mei 1654 was Johannes Hermans namens zijn vrouw een van de partijen bij een overeenkomst tussen de kinderen van Frans Willem Gielens, hun vader en hun stiefmoeder. Frans Willem Gielens was hertrouwd met Elisabeth Thijs Rutten. Hij herriep op die dag zijn op 21 maart 1635 gemaakte testament.

Dat Jan Hermans waarschijnlijk vooraan in het Haageind woonde kan blijken uit een maatregel die op 19 oktober 1654 door de schepenen van Deurne genomen werd en waarbij de naburen verplicht werden om een droog voetpad aan te leggen tussen het huis van Otto de Visschere en dat van Jan Hermens. Wie in gebreke bleef was een ton bier ter waarde van vier gulden kwijt, die door de andere naburen mocht worden opgedronken.

Op 3 november 1654 verkocht hij het erfdeel van zijn vrouw aan zijn zwager Dirk Fransen.

In 1660 was zijn vrouw slachtoffer van lichamelijk geweld, gepleegd door Jan Willems, nadat zij diens kind op straat zou hebben mishandeld. Zie het artikel kinder- en/of vrouwenmishandeling.

Tussen 1664 en 1668 was hij als gedaagde in een juridische procedure verwikkeld met Thonis Gerits de scheper over een huurovereenkomst. Ook Maarten Jan Gevers sleepte hem in die periode voor het gerecht omdat Jan Hermans nog 31 stuivers verdiend arbeidsloon niet had uitbetaald.

Op 8 juli 1667 sloot hij een akkoord met Michiel Claas Everts, die zijn oogst helemaal mocht hebben op voorwaarde dat Everts al zijn belastingschulden zou betalen en dat Johannes Hermans in het huis zou mogen blijven wonen zolang het niet aan iemand anders verhuurd was.

In 1669 kocht hij van Cornelis Jan Rutten een perceel grond op Vreekwijk om daarop een huis te bouwen. De koper bleef daarbij 100 gulden schuldig aan de verkoper, een som die in 1672 afgelost werd. Het ging hem blijkbaar goed op Vreekwijk want op 6 september 1675 kocht hij, weer van Cornelis Jan Rutten, weiland op Vreekwijk. En op drie dagen later kocht hij van Willem Claes Willems de akker aldaar, genaamd de Cievit. Op 31 mei 1678 kocht hij van Goort Goorts van Mierlo een weiland in de gemeenteakkers te Vreekwijk.

Op 23 februari 1679 lag hij ziek in bed en liet hij zijn testament opmaken.