U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Biesdeel 16

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Het huidige adres Biesdeel 16 en onmiddellijke omgeving kent een bewoningsgeschiedenis die teruggaat tot 1904.


Rakt B36a / B39

Waar tegenwoordig Biesdeel 16 staat stond vroeger, achter wachtpost 28 (gebouwd in 1866), het huis van de familie Koolen met adres Rakt B.36a. De eenvoudige keuterboerderij werd in 1904 gebouwd in opdracht van de gepensioneerde Gerardus Koolen (1839-1906) en zijn echtgenote Petronella Schattevor (1844-1910). Gerardus Koolen, spoorwegarbeider en bewoner van wachtpost 28, werd opgevolgd door zijn zoons Willem en Frans en verliet om die reden de dienstwoning. De straat Biesdeel bestond anno 1900 nog niet, althans, niet voor de burgerlijke stand. In oudere documenten zoals bevolkingsregisters uit die tijd (en ook de oudere generaties) spreekt men telkens van De Rakt. Het huis achter de wachtpost droeg dan ook het adres "Rakt B.36a", later gewijzigd in "Rakt B.39".

Bewoners

Na het overlijden van Gerardus werd "Rakt B.39" bewoond door zijn zoon Peter Koolen (kleermaker) en echtgenote. Zij vertrokken rond 1910 met hun dochter (Joke) naar Helmond. Daarna bewoonde Gerardus' dochter Hendrika (Drika) nog tijdelijk deze woning. Vermoedelijk huurden zij deze van Drika's broer Frans Koolen die de woning in 1910 gekocht zou hebben van zijn broers en zussen. Op 18 mei 1911 woonden Frans Koolen en zijn echtgenote Elisabeth Verberkt op het adres "Rakt B.39" en al hun kinderen werden hier geboren.
In 1926 verkocht de inmiddels in Deurne wonende Frans Koolen het woonhuis in de Rakt aan de uit Boxtel afkomstige meneer Spierings. Wie er daarna in het huis woonde(n) is niet duidelijk. In de jaren '70 van de twintigste eeuw moet het huis in de Rakt zijn afgebroken. De wachtpost stond er overigens toen al lang niet meer. Er zijn nog enkele foto's van het huis die kort voor 1940 werden gemaakt, lang na het vertrek van de familie Koolen dus. Echter wordt het huis jammergenoeg nooit in zijn volledigheid getoond.

Herinneringen aan het huis in de Rakt

Anna Geurts- Koolen (dochter van Frans Koolen) werd in 1919 geboren in Rakt B.39. Zij kon zich later het huis qua vorm en indeling nog vaag herinneren. Ze was 6 jaar toen zij met haar ouders verhuisde naar Deurne. Ze beschreef het huis als een armzalige en kleine keuterboerderij. Ze wist nog te vertellen: "In de zomer zette ons moeder ons altijd buiten, met bed en al in de frisse boslucht".
Dat wachtpost 28 en het nabijgelegen woonhuis ver van de bewoonde wereld lagen, blijkt uit het volgende stukje, eens opgeschreven door Theo Koolen:

Eens per week kwam er een motor langs, wij als kinderen renden naar buiten om op de stoffige zandweg de benzinegeur op te kunnen snuiven. Nooit kwam er iemand voorbij, we woonden volledig geïsoleerd, alleen "pastörke" Van Thiel kwam eens per week op de koffie.

Ook schrijft hij:

De tuin was omringd door een dichte beukenhaag en aan de voorzijde van het huis stonden drie lindenbomen. Aan de voorzijde van het huis lag een stoep bestaande uit rode en blauwe plavuizen. Het huis zelf was uit rode baksteen opgetrokken en kende een grijs pannendak. De schuiframen, één aan elke zijde van de groengeverfde voordeur, kenden kleine ruiten. Ook lag in de voorgevel het zgn. "poortje" naar "achterom" (blijkbaar zat er in de voorgevel ook een deur die toegang gaf tot de stal). Beneden was er een huiskamer (d'n herd), een keuken en een tweetal slaapkamers. Vanuit de keuken kon je naar de stal waarin geiten en varkens stonden. Boven, de zolder, was open en werd gebruikt als slaapkamer.


Geïsoleerd lagen de twee huizen zeker, de twee halfbroers Frans en Willem waren dan ook sterk op elkaar aangewezen. Contact met nabijgelegen buren zoals de familie Matheij (van wachtpost 27, tevens familie van Elisabeth Verberkt), de familie Schrama en Mourits, was er wel.