U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Brand van 11 november 1902

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Bij de brand van 11 november 1902 aan de Panschop was een rij van twaalf of dertien arbeiderswoninkjes prooi van de vlammen waardoor in één keer twaalf huisgezinnen dankloos werden.

Deze arbeiderswoningen stonden aan het begin van de Snoertsebaan, ongeveer ter hoogte van de huidige adressen Snoertsebaan 25 tot en met 31. Het verslag van de brand, dat daarover de volgende dag in De Zuid-Willemsvaart verscheen, spreekt voor zich over de huisvesting van de Deurnese arbeiders in het begin van de 20e eeuw.

De bekende Panschop ligt thans in puin. Gisteren namiddag omstreeks 4 uren sloeg er de vlam uit en weldra stond alles in lichtenlaaie. 12 huisgezinnen zijn op 't oogenblik zonder dak. Naar wij vernemen, waren slechts van twee de inboedels geassureerd. 't Is voorzeker een hard gelag voor de menschen, die ongeveer alles kwijt zijn en geen onderkomen hebben; wij hopen, dat men hiervoor zal kunnen zorgen. De Panschop was eene rij arbeidersverblijven, zoo ellendig als er slechts weinige in Deurne te vinden zijn en zooals er wel geen meer gebouwd zullen worden. De woningwet zou ze zeker ten doode opgeschreven hebben; zij hebben zich echter gehaast van het tooneel der wereld te verdwijnen. Voorloopig willen wij zeggen, dat hier de gezondheid-commissie een heel terrein zal vinden waarop gearbeid kan worden: want er bestaan hier nog eene massa krotten, waarin menschen verblijven en die nauwelijks goed zijn om er varkens te mesten. Naar men ons terloop mededeelt, onstond er omstreeks dienzelfden tijd brand te Liessel ten huize van Mej. de Wed. Veldmans. Nadere berichten ontbreken nog.[1]

De daarop volgende dagen meldden een aantal kranten, waaronder de Telegraaf en de Nieuwe Tilburgsche Courant, dat er dertien woningen waren afgebrand.

De nasleep van deze brand leidde nog tot het volgende ingezonden stuk in De Zuid-Willemsvaart:

Mijnheer de Redacteur.
Wil U Ed. s.v.p. onderstaande regels in uw veel gelezen blad plaatsen uit medelijden voor eenige arme menschen ? Ik heb Woensdag al in uw krant gelezen, van den brand in Panschop, waardoor negen huisgezinnen op straat zijn komen te zitten en dat in den barren winter. Het ziet er treurig uit met sommigen, daarom schrijf ik dit om de weldadige menschen tot wat medelijden op te wekken. Denkt eens aan negen gezinnen met vrouw en kinderen op straat gezet, misschien zal men buiten Deurne denken, dat is niets in zulk een rijke gemeente, daar zal het gemeentebestuur wel voor zorgen ; dat zal ik u zeggen Mr. de redacteur. Woensdag, daags na den brand gingen enkele samen als huisvaders naar het raadhuis vragen of er soms andere woningen voor hen open waren; de burgemeester zei dat zij maar eens moesten rondvragen, hij zou hetzelfde doen, kijk, die mijnheer was ten minste nog te spreken, maar daar was nog iemand anders bij en die zei kortaf dat zij maar een woning moesten zien te krijgen buiten Deurne , hier in de gemeente was toch geen plaats, hij dacht zeker: „rukt maar op nu tegen den winter, dan zijn wij u kwijt" maar dat durfde hij niet te zeggen. Nu vraag ik u of dit een antwoord was aan vaders die met hun hard werken er bijna niet komen kunnen en daarbij er dan nog zulk een groote slag bij krijgen, en nu vraag ik u ook, wat had die man er mee te maken of er is toen bij het sterven van den heer van de Mortel gezegd dat hij zoo hard probeerde om burgemeester te worden.[2] Goddank dat dit niet gebeurd is, want als hij dan zoo optrad tegen het volk, dan zouden er nog wel meer stukken komen als nu, zijn die menschen niet zoo goed inwoner als hij; men huivert en hij vooral van opstootjes enz. en zoo'n kereltje zou er de menschen toe aanzetten. Er wordt hier in Deurne aan zulke lui die wel bij, maar niet aan het roer zitten veel te veel toegestaan, daarom worden ze zoo vrij, burgers, die daarvoor in de gelegenheid zijn, moesten ze meer op de vingers tikken.
In dank, Een Peelwerker. Deurne , 14 Nov. 1902.[3]

De brand in Liessel betrof het woonhuis en de bakkerij van de weduwe L. Veltmans.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. De Zuid-Willemsvaart van 12 november 1902
  2. De hier bedoelde sollicitant naar het Deurnese burgemeestersambt was waarschijnlijk de Deurnese gemeentesecretaris Joseph L. Janssens alias D'n Bismarck.
  3. De Zuid-Willemsvaart van 15 november 1902