Dijkdoorbraak 1928
Er vond een dijkdoorbraak plaats op zondagmiddag 25 november 1928 in een van de veenwijken ten oosten van het Kanaal van Deurne.
De krant gaf het volgende bericht:
- Dijk doorgebroken.
- Zondagnamiddag is te Deurne tengevolge van de vele regens en het stormachtige weer in de veenderij een dijk van het Deurnesche Kanaal doorgebroken. Het water stroomde met groote kracht de veenderij in. Een turfschip, dat onder lading was, raakte door het vallende water aan den grond en kreeg slagzij. De werklieden, die in het dorp Deurne moesten worden gehaald, gelukte het tegen den avond het water te keeren.[1]
Ongeveer drie kilometer ten zuiden van De Halte begaf de dijk het. Deze werd provisorisch hersteld maar dat bleek niet afdoende en de dijk brak daar opnieuw door. Er ontstond daardoor een gat van vijf meter breed en twee meter diep. Begin januari 1929 was het gat nog niet gedicht. De doorbraak leverde de gemeente vooral veel schade op omdat de turfafvoer, en daarmee een groot deel van het veenbedrijf, enige weken stagneerde.
De dijkdoorbraak was voor de concurrent Maatschappij Helenaveen aanleiding om een brief naar het Ministerie van Waterstaat te sturen, waarin men vroeg om versteviging van de dijken want volgens de Maatschappij liep niet alleen Helenaveen, maar ook Liessel, Vlierden en zelfs Helmond overstromingsgevaar.
Bij deze dijkdoorbraak bleek dat ook de sluis in het Kanaal van Deurne bij de aansluiting met de Noordervaart dringend moest worden vernieuwd.
Het jaar daarop, in december 1929, brak opnieuw een dijk door van het Kanaal van Deurne.
| Bronnen, noten en/of referenties |