Franciscus Franssen (1705-1769)
| Franciscus Franssen alias Flerks | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Franciscus Franssen | |
| Roepnaam | Francis | |
| Geboorteplaats | Deurne | |
| Doopdatum | 28 augustus 1705 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 7 februari 1769 | |
| Partner(s) | Aldegonda Evers (circa 1710-1781) | |
| Beroep(en) | nachtroeper | |
Franciscus Franssen (Flerks, Flerix, Flerx, Fredericks, Vlerks, van Vlerken) (1705-1769) was vanaf 1749 nachtroeper van Deurne.
Franciscus was een zoon van Arnoldus Fransen (1677-1735) en Anna Hurkmans (circa 1680-1725).
Hij huwde op 28 januari 1731 in Deurne met Aldegonda Evers (Pluijms, Praijmens, (Neer circa 1710 - Deurne 31 januari 1781), die vanaf 1749 vroedvrouw van Deurne was.
De volgende kinderen werden uit dit huwelijk geboren:
- Anna, (Deurne 18 oktober 1731).[1]
- Wilhelmus (Willem) Fredericks, (Deurne 9 maart 1733 - Deurne 26 januari 1792). Hij huwde met Aldegundis Aerts (1737-1803).
- Petronilla Flerx, (Deurne 21 januari 1736).
- Judocus Flerxs, (Deurne 13 april 1738 - Deurne 8 juni 1795). Hij huwde met Maria van de Moesdijck (1840-na 1805).
- Arnoldus Flerks, (Deurne 20 november 1741 - Deurne 7 mei 1815). Hij huwde met Joanna Maria Verheese (1741-1814).
- Martinus Flerks, (Deurne 30 oktober 1744 - Bakel 29 maart 1781). Hij huwde met Catharina Sporemakers (1739-1820).
- Maria Flerks, (Deurne 27 februari 1747 - Deurne 29 maart 1747).
- Elisabetha Flerks, (Deurne 19 april 1750 - Deurne 18 december 1824). Zij huwde met Petrus Goosens (1752-1817).
Op 30 juli 1728 moest hij bij een rechtszaak getuigen over een voorval dat anderhalf jaar eerder had plaatsgevonden in de herberg van smid Arnold Elbers. Nadat Hermen Andries Kuijpers was bekeurd door schutter Hendrik van Eijk omdat hij na sluitingstijd in de herberg was, ging die flink tekeer tegen de drossaard van Deurne en dreigde hem de nek te breken, als hij hem zou tegenkomen op de Helmondsedijk. Hij beloofde de schutter zelfs een glas jenever als hij die bedreiging zou doorgeven aan de drossaard. De schutter gaf Kuijpers daarop een klap, waarna die op zijn beurt een gevulde olielamp naar de schutter gooide, waardoor een flinke olievlek op diens rok kwam. Francis kon zich anderhalf jaar later van die ruzie niets meer herinneren, wel dat de rok van schutter onder de olie zat.[2]
29 jaar later, op 7 mei 1755, stond Francis als beklaagde in de rechtbank omdat hij twee jaar eerder voor 2 gulden en 10 stuivers noten had gekocht van Mathijs Hendrik Melis, maar nog steeds niet had betaald.[3]
Op 1 maart 1749 werd Francis Vlerks aangesteld als tweede nachtroeper van Deurne en ontving daarvoor een jaarsalaris van 21 gulden[4]
Bronnen, noten en/of referenties
|