Joachimus Werts (1787-1859)
| Joachimus Werts | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Joachimus Werts | |
| Roepnaam | Giem | |
| Geboorteplaats | Bakel | |
| Doopdatum | 23 januari 1787 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 11 augustus 1859 | |
| Partner(s) | (1) Henrica Bastiaans (1788-1823) (2) Catharina Tijssen (1787-1857) | |
| Beroep(en) | dagloner | |
Joachimus (Giem) Werts (Weerts) (1787-1859) was dagloner. Hij woonde Kerkeind 171a, 183 en Wasberg 55.
Joachimus was een zoon van Godefridus Werts (Bakel 1755-1813 Bakel) en Catharina van Asten (Bakel 1757-1812 Bakel).
Hij huwde op 10 februari 1816 in Deurne met Henrica Bastiaans, (Deurne 12 december 1788 - Deurne 27 mei 1823), dochter van Joannes Toonen (1753-1798) alias Bastiaans en Joanna Korsten (1760-1828). Haar vader kwam uit Bakel en haar moeder uit Deurne.
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Godefridus, (Deurne 24 februari 1817 - Deurne 9 juni 1895). Hij huwde met Johanna Aarts (1816-1899).
- Johanna, (Deurne 22 juni 1819 - Deurne 23 april 1820).
- Johanna, (Deurne 12 maart 1821 - Deurne 30 maart 1825).
- Anna Catharina, (Deurne 1 februari 1823 - Deurne 15 juni 1823).
Henrica Bastiaans overleed enkele maanden na de geboorte van haar vierde kind.
Godefridus hertrouwde op 25 oktober 1823 in Deurne met Catharina Tijssen, (Bakel 23 oktober 1787 - Deurne 4 januari 1857), dochter van Franciscus Janssen (Bakel 1744-1804) alias T(h)ijssen en Joanna van Asten (Bakel 1755-1811).
Uit het tweede huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Anna Catharina (Catharina), (Deurne 19 augustus 1824 - Deurne 17 december 1903). Zij huwde met Gerardus Welten (1824-1855).
- Francina, (Deurne 9 september 1826 - Deurne 14 april 1895). Zij huwde met Johannis Martens (1821-1899).
- Johanna, (Deurne 10 december 1828 - Deurne 26 december 1833).
Op 6 februari 1858 verkocht hij aan zijn dochter Catharina, die inmiddels weduwe geworden was, de hem toehorende helft van de volgende zaken: drie weefstoelen, een spoel, een kast, twee kisten, zes stoelen, twee tafels, een kachel, tang, haal, vuurijzer, koekenpan en hangijzer, twee koffiepotten, een theepot, voorst porselein, glas- en aardewerk, een bed met toebehoren, hemden, lakens, handdoeken, een geit, een partij aardappelen, een partij turf, een partij mest en al het overige dat zich in het door hem bewoonde huis bevond. Hij ontving daarvoor 25 gulden.[1]
Bronnen, noten en/of referenties
|