U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Petronella Eevers (1919-2004)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
zuster Nepomucena
24.608.jpg
foto collectie Sint Jozefparochie
Persoonsinformatie
Volledige naam Petronella Eevers
Roepnaam zuster Nepomucena, zuster Nepo
Geboorteplaats Deurne
Geboortedatum 20 januari 1919
Overl.plaats Oisterwijk
Overl.datum 30 april 2004
Beroep(en) kloosterlinge
Stamboom.png E(e)vers
Deze foto staat op haar gedachtenisprentje.

Petronella Eevers (1919-2004) trad in bij de zusters Franciscanessen te Oirschot en nam de kloosternaam zuster Nepomucena (zuster Nepo) aan.


Petronella was een dochter van de landbouwer Johannes Franciscus Eevers (1878-1962) en Antonia Maas (1889-1965). Ze groeide op in het ouderlijk huis in de Sint Jozefparochie aan de Vlierdenseweg 79.

Ze koos, evenals haar oudere broer Willem Eevers, voor het geestelijk leven en op 21 oktober 1938 verliet ze het ouderlijk huis om in te treden bij de zusters aan de Koestraat in Oirschot. De inkleding volgde op 23 april 1939. Ze werd geprofest op 27 april 1941.

Van mei 1942 tot 1948 werkte ze in het Sint-Elisabethgasthuis in Gemert. Daarna werkte ze onder meer in Vught.

Zij was een van de eerste zusters die in de periode 1958-1961 binnen de eigen opleiding tot bejaardenverzorgster gediplomeerd werd. Ook haalde ze in 1964 een diploma voor voet- en schoenpedicure. In 1968 werd ze gediplomeerd voor voetverzorging en sportmassage.

In 1968 keerde ze terug naar het Sint-Elisabethgasthuis in Gemert. Van 1 december 1970 tot 31 mei 1980 werkte ze in de bejaardenzorg als afdelingshoofd in huize Ruijschenbergh in Gemert. Ook had ze de zorg voor de kapsalon van Ruijschenbergh.

Ze werd begraven op het kerkhof van klooster Catharinenberg te Oisterwijk.

Bronnen, noten en/of referenties
  • Ad Otten - Wat mannenzuster Nepo niet durfde biechten in: Gemerts Heem nummer 3 (herfst 2018) blz. 1-5