U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Adrianus van de Burgt (1870-1937)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Adrianus van de Burgt
Persoonsinformatie
Volledige naam Adrianus van de Burgt
Geboorteplaats Dinther
Geboortedatum 7 december 1870
Overl.plaats Helmond
Overl.datum 5 mei 1937
Partner(s) Maria Wilhelmina van Wetten (1876-1935)
Beroep(en) veenarbeider, wagenmaker, timmerman, raadslid
Bidprentje NBA
Stamboom.png Van de Burgt
collectie briefhoofden heemkundekring

Adrianus van de Burgt (1870-1937) was vanaf 1921 tot vóór 1926 raadslid van Deurne.


Adrianus was een zoon van Antonius van de Burgt (1833-1901) en Peternella van Helvert (1842-1905). Hij huwde op 1 februari 1896 te Deurne met Maria Wilhelmina van Wetten, (Deurne 1 februari 1876 - Vught 3 juni 1935), dochter van Francis van Wetten (1847-1914) en Maria Elisabeth van Kuijlenburg (1847-1916). Hun huwelijk bleef waarschijnlijk kinderloos.

Adrianus kwam in 1887 van Vlierden naar Deurne en vestigde zich op het Vloeieind. Van 1920 tot 1937 had hij een wagenmakerij en timmerbedrijf, later gewijzigd in een handel in tweedehands wasmachines en aanverwante artikelen op het adres Derp A.60, later gewijzigd in Tramstraat A.90. Hij woonde later aan de Heuvel A.344. Zijn vrouw Maria vertrok op 12 juli 1924 naar Vught, waar ze op 3 juni 1935 overleed.

In de eerste raadsvergadering waaraan hij als raadslid deelnam, wees Adriaan van de Burgt op het grote drankmisbruik. Om daar paal en perk aan te stellen, informeerde hij of men een gemeenteverordening kon vaststellen met een verbod om van zaterdagmiddag tot maandagmiddag 12 uur drank te schenken, uitgezonderd 's-zondags van 11 tot 1 uur. Toen dat niet bleek te kunnen, vroeg hij of het niet mogelijk was om personen die onder invloed van sterke drank waren de toegang tot de herbergen te weigeren. Ook dat bleek op praktische bezwaren te stuiten. Wel kon de burgemeester hem toezeggen dat hij de veldwachters er op zou wijzen hier extra aandacht aan te schenken.[1] Verder bleek uit de raadsverslagen in die periode geen enkel inbreng van raadslid Van de Burgt.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Zie het verslag van de raadsvergadering op Delpher De Zuid-Willemsvaart van 13 mei 1921.