Derpsestraat 21, 23b, 25, 27 en 27a
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Op het adres Derpsestraat 25 stond een inmiddels lang afgebroken boerderij.
Chronologie
- Op 8 juni 1741 werd door de voogden over de minderjarige Cornelia Dirk Oldenzee de voogdijrekening opgemaakt. Tot haar bezittingen hoorden ondermeer een huis naast het kerkenhuis (waarschijnlijk is hiermee de kerkschuur aan de Lagekerk bedoeld) en nog een huisje dat eerst Willem Gommans en later Hermanus Nabben huurden voor vijf gulden per jaar.[1]
- In 1745 verkocht Cornelia Dirk Oldenzee een huis op het Derp aan Gevard Mennen (1703-1780).
- Op 29 oktober 1745 liet Gevard Mennen door de schepenen van Deurne een verslag maken van de reparaties die nodig waren aan een huis op het Derp, dat hij kort daarvoor gekocht had.[2]
- Op 1 mei 1780 overleed Gevard Mennen en liet zijn bezittingen na aan zijn kinderen.
- Bij de boedeldeling op 26 mei 1785 tussen Peter Hermanus Nooijen, de zoon van wijlen Johanna Gevard Mennen, en Peter Hoeijmakers, de man van Peternel Gevard Mennen, van de goederen van Gevard Mennen ontvangt eerstgenoemde het huis met een kleine huisje op het Derp.[3]
- Op 2 februari 1788 verkocht Peter Hermanus Nooijen aan Antoni Huibers een huis met een klein huisje en de bijhorende landerijen op het Derp voor 1075 gulden.[4]
- Op 21 april 1813 verkochten de ongehuwde broers Antoni en Lambert Huibers hun erfdeel in twee boerderijen op het Derp aan hun zuster Maria Huibers, de weduwe van Hermanus Manders.[5]
- Bij de invoering van het kadaster in 1832 was de boerderij eigendom van Andreas en Huberdina, de kinderen van Hermanus Manders.
- Op 21 augustus 1864 overleed Andreas Manders en kwam de boerderij geheel aan Hermanus en Anna Catharina Joosten, de kinderen van zijn inmiddels overleden zuster Huberdina gehuwd met Jan Joosten.
- Op 14 april 1892 vond de boedeldeling plaats tussen Hermanus Joosten en zijn zuster Anna Catharina Joosten. Anna Catharina ontving daarbij de boerderij met ruim 7 hectaren grond en betaalde aan haar broer 1200 gulden.[6]
- Op 15 december 1893 maakte Anna Catharina Joosten haar testament en legateerde daarin enige geldbedragen aan familieleden, voorts benoemde ze haar zwager Jan Mattijs van den Berkmortel en haar neef Jan Joosten tot haar erfgenamen. Ook legde ze haar wens vast dat het goed niet publiek verkocht zou worden. Op 2 juli 1894 overleed ze.[7]
- In september 1894 werd Jan Joosten eigenaar van de boerderij en nam daarop een hypotheek van 1000 gulden.[8]
- Voor zijn vertrek naar de Philippijnen maakte de missionaris Jozef Joosten zijn testament waarin hij bepaalde dat zijn broer Martinus levenslang het vruchtgebruik mocht hebben van zijn erfdeel en dat de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus te Tilburg erfgenaam waren.[9]
- Na het overlijden van Jan Joosten in 1942 kwam de boerderij aan zijn zoon Martinus (Tinus) Joosten.
- In 1953 werd huisnummer A.37 van Tinus Joosten hernummerd tot Derpsestraat 25.
De boerderij is inmiddels afgebroken, alleen de bomen herinneren nog aan het lange verleden van deze boerderij.
Literatuur
Theo Meulendijks - Het Derp, ene zijde Kerkeind, andere zijde Vreekwijk 1997.
Referenties
|