Intronisatie van het Allerheiligste Hart
Vroeger zochten veel Deurnenaren bescherming van “huis en haard” en van persoonlijk geluk door een Heilig Hartbeeld in huis te (laten) plaatsen. Het was een beeld van Jezus met op zijn borst een groot hart, met een stralenkrans er omheen. Door zo’n beeld in je huis te zetten vroeg je aan Jezus om jou ook een plaatsje in Zijn Hart te geven. Soms kwam daarvoor een pastoor of kapelaan bij je thuis die na een gebed het beeld op zijn plaats zette. Deze plechtigheid noemde men de Intronisatie en de geestelijke verstrekte dan zelfs een soort getuigschrift.
Bijgaand een voorbeeld van zo’n getuigschrift dat in dit geval door pastoor Piggen werd afgegeven aan Nicolaas van Dam nadat op 28 september 1919 in zijn woning in Zeilberg de "Intronisatie" met de gebruikelijke plechtigheden” had plaatsgevonden.
