Bewerken van Heitveldweg 9
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 19: | Regel 19: | ||
| bagviewer = | | bagviewer = | ||
}} | }} | ||
'''Heitveldweg 9''' is een voormalig adres op de [[Achterste Beersdonk]] in [[Brouwhuis]]. | '''Heitveldweg 9''' is een voormalig adres op de [[Achterste Beersdonk]] in [[Brouwhuis]]. | ||
[[Bestand:Bonneblaadje Helmond 671 - 1898-1921 cr.jpg|thumb|350px|De Achterste en Voorste Beersdonk op de Chromotopografische Kaart des Rijks, 1921. Op de Achterste Beersdonk zien we in het midden van het gehucht, aan de zuidzijde van de weg, een cluster van twee haaks op de weg gebouwde boerderijen. De rechter van de twee was Heitveldweg 9. De Astense Aa stroomde net buiten het kaartbeeld aan de zuidzijde.]] | [[Bestand:Bonneblaadje Helmond 671 - 1898-1921 cr.jpg|thumb|350px|De Achterste en Voorste Beersdonk op de Chromotopografische Kaart des Rijks, 1921. Op de Achterste Beersdonk zien we in het midden van het gehucht, aan de zuidzijde van de weg, een cluster van twee haaks op de weg gebouwde boerderijen. De rechter van de twee was Heitveldweg 9. De Astense Aa stroomde net buiten het kaartbeeld aan de zuidzijde.]] | ||
[[Bestand:05.571.jpg|thumb|350px|Karel Manders en zijn vrouw Pieternel van de Ven met van links naar rechts hun kinderen Naris, Piet, Tinus, Hannes, Mieke en Katrien. De foto is uit de periode 1890-1900.]]. | [[Bestand:05.571.jpg|thumb|350px|Karel Manders en zijn vrouw Pieternel van de Ven met van links naar rechts hun kinderen Naris, Piet, Tinus, Hannes, Mieke en Katrien. De foto is uit de periode 1890-1900.]]. | ||
Regel 32: | Regel 34: | ||
=== Een middeleeuws cijnsgoed (1190-1600) === | === Een middeleeuws cijnsgoed (1190-1600) === | ||
De boerderijen met laatstelijk de adressen Heitveldweg 9 en | De boerderijen met laatstelijk de adressen [[Heitveldweg 9]] en Heitveldweg 11 hebben een lange gemeenschappelijke geschiedenis. Beide boerderijen waren gesitueerd aan de noordrand van een dekzandrug aan de rand van het beekdal van de [[Astense Aa]]. Mogelijk moeten we hier ook de oudste kern van het gehucht [[Beersdonk]] zoeken. Deze oorsprong bestaat uit een goed ''Beersdonc'', dat in het cijnsregister van de hertog van Brabant uit 1340 wordt vermeld en waarvan [[Theodoricus van Aestappen]] destijds de eigenaar was. Een ruime halve eeuw later is sprake van ''dat huys van der beersdonc''. Tegelijkertijd betaalden de eigenaren van percelen op de Achterste Beersdonk cijnzen aan de heer van Helmond, die dat recht in 1314 van de hertog had verworven. | ||
Op basis van het cijnsboek van de heren van Helmond kunnen we veronderstellen, dat in de vroege 17e eeuw een boerderij op de Beersdonk eigendom was van Art Willem Joosten, en na hem zijn 9 kinderen. Die erfgenamen verkochten het goed aan Anthonis Jan Ansems Cunnen.<ref>Archief heerlijkheid Helmond, cijnsboek Vlierden, oud inventarisnr. 142, d.d. 1621 t/m 1694, post 98 en 103.</ref> Vóór hem waren de 5 kinderen van Petrus de Beerdoncq de cijnsbetaler, en nog eerder Marcelius, zoon van Johannes de Beersdonck, die het weer van Godefridus of Arnoldus, zoon van ...celus de Beersdonck had. Marcelius was de bezitter in 1498, dus de na hem genoemden moeten nog daarvóór hebben geleefd.<ref>idem, cijnsboek Vlierden, oud inventarisnr. 131, deel 2, fiche 161</ref> | |||
=== Splitsing van de Beersdonk (1600-1798) === | === Splitsing van de Beersdonk (1600-1798) === | ||
Op 22 januari 1632 bekende Peter Anthonis van Boeckel betaald te zijn door de drie kinderen van [[Anthonis Jan Anssems|Anthonis Jan Ansumps]], alias Kuenen, voor de verkoop van zijn vierde deel uit de goederen, nagelaten door wijlen zijn vader Anthonis van Boeckel, staande en gelegen op de Beersdonck te Vlierden.<ref>Deurne R 91, fol. 175v, d.d. 22-01-1632</ref> Een half jaar later worden de goederen die Anthonis Jan Anssems op de Beersdonk, verkocht. De vier oudste kinderen van Anthonis verkochten, als erfgenamen van hun vader, op 28 september 1632 een hoeve met schuur en schaapskooi, met 36 lopense akkerland en 7 of 8 koeweiden weiland, alsmede 50 eikenbomen en ander houtgewas, aan jonker | Op 22 januari 1632 bekende Peter Anthonis van Boeckel betaald te zijn door de drie kinderen van [[Anthonis Jan Anssems|Anthonis Jan Ansumps]], alias Kuenen, voor de verkoop van zijn vierde deel uit de goederen, nagelaten door wijlen zijn vader Anthonis van Boeckel, staande en gelegen op de Beersdonck te Vlierden.<ref>Deurne R 91, fol. 175v, d.d. 22-01-1632</ref> Een half jaar later worden de goederen die Anthonis Jan Anssems op de Beersdonk, verkocht. De vier oudste kinderen van Anthonis verkochten, als erfgenamen van hun vader, op 28 september 1632 een hoeve met schuur en schaapskooi, met 36 lopense akkerland en 7 of 8 koeweiden weiland, alsmede 50 eikenbomen en ander houtgewas, aan jonker Everaerdt van Eijck <ref>Everard van Eijck was bewoner van het huis Op Strijp te Aarle, en in 1627 te Oirschot getrouwd met Josina de Grevenbroeck. Zijn nazaten, met de naam Van Wijnbergen, zouden nog geruime tijd te Aarle wonen.</ref> en Willem van den Kerckhove <ref>Willem van den Kerckhoff was burger van de stad Helmond, en was vóór 1602 gehuwd met Geertruijt Jans, dochter van Jan van den Camp.</ref>. Goert Peeters was pachter op deze boerderij, de [[Grote Beersdonk|Groote Beerdonck]]. Tevens verkochten zij een hoeve met huijsinge, bakhuis en schop, 20 eikenbomen en 23 lopense akkerland, genaamd de [[Kleine Beersdonk|Cleijn Beerdonck]]. Anna, weduwe van Matthijs Janssen, was de pachtster.<ref>Helmond R 264, d.d. 28-09-1632</ref> Geertruijt, de weduwe van Willem van den Kerckhove, verkocht haar helft - de andere helft was uiteraard van Van Eijck - op 4 maart 1638 aan jonkheer Adam Bocxen <ref>De besproken Adam Bocx was Adam van Baexen, heer van Meerbeek in de tegenwoordige Belgische provincie Vlaams-Brabant. Hij was gehuwd met Philippote van Leefdael, een verre verwante van [[Rogier van Leeffdael]], en bezat in 1634 ook hertogelijke leengoederen in Brouheze onder Bakel en de Koeveringse molen onder Sint-Oedenrode (http://www.toine-hendriks.nl/Driek/leenhof%20brabant.htm).</ref> De akte bevat een uitgebreide beschrijving van percelen die tot beide hoeven behoorden.<ref>Helmond R 268, fol. 104, d.d. 4 maart 1638</ref> | ||
De beide hoeven, de Grote en de Kleine Beersdonk, vonden we tot voor enkele jaren nog terug in het gebied. De Grote Beersdonk vormde de basis voor de latere boerderijen Heitveldweg 9 en Heitveldweg 11, en uit de Kleine Beersdonk ontstonden de boerderijen [[Heibergweg 1]] en [[Heibergweg 5]]. | De beide hoeven, de Grote en de Kleine Beersdonk, vonden we tot voor enkele jaren nog terug in het gebied. De Grote Beersdonk vormde de basis voor de latere boerderijen Heitveldweg 9 en Heitveldweg 11, en uit de Kleine Beersdonk ontstonden de boerderijen [[Heibergweg 1]] en [[Heibergweg 5]]. | ||
De hoeve op de Beersdonk komt voor in het cijnsregister van de heren van Helmond: ''uijt huijs hoff mette aengelegen erffenisse gent de Beersdonck groot ontrent 16 lopense u.l. de gemeijnte a.l. Margriet van Berge ende voorts rakende aen erve Hendrick Peter Welten ende Michiel Cuijpers''. Het goed vererfde via '' | De hoeve op de Beersdonk komt voor in het cijnsregister van de heren van Helmond: ''uijt huijs hoff mette aengelegen erffenisse gent de Beersdonck groot ontrent 16 lopense u.l. de gemeijnte a.l. Margriet van Berge ende voorts rakende aen erve Hendrick Peter Welten ende Michiel Cuijpers''. Het goed vererfde via ''Evert van Eijck'' en ''Floris soone Evert van Eijck'' op ''Clara Heijlwich dochter van Evert van Eijk'' en daarna op Lodewijck Wilhelm van Wijnbergen (circa 1650 - 1706), kleinzoon van genoemde jonker Everaerdt van Eijck via diens dochter Maria. Ook de nazaten van Adam van Baexen hadden hier nog bezit, maar hun aandeel lijkt in de loop der tijd verdwenen te zijn van de Grote Beersdonk.<ref>Een deel lijkt in de 17e eeuw nog in handen te zijn geweest van Adam van Baxen, en na hem op zijn 4 kinderen. Dochter Anna Maria verkocht het deel aan Jacob zoon van Jacob Bogaerts. Na hem ging het over op zijn erfgenamen, in de late 17e eeuw nog Geertruij Bogaerts. Deze lijn lijkt na 1700 niet meer voor te komen op de Grote Beersdonk, hetgeen doet vermoeden dat het volle eigendom aldaar in de andere lijn terecht kwam en de familie Bogaerts zich wellicht ontfermde over de Kleine Beersdonk.</ref> We volgen daarom de bezitslijn in de familie Van Wijnbergen verder. Toen Lodewijck Wilhelm in 1706 overleed, werd een taxatie van zijn bezit gemaakt. Over Vlierden werd gezegd: ''Item een huijsinge en erffve tot Vlierden gelegen sijnde de huijsinge omverregewaeijt door den lesten storm windt ende wordt tegenwoordigh hertimmert. Rendeert jaerlijcx aen gelt, aen [...] graenen 10 vaten. 10-0-0. Hier uijt jaerlijcx te vergelden den rente a 6 gulden tien stuijvers, Item alnoch de hellichte van vier gulden jaerlijcx. Item ses vaten rogge jaerlijcx, Item twee gulden tien stuijvers erffchijns jaerlijcx.'' Ook zijn eigen huis was trouwens niet in al te beste staat.<ref>Oud Rechterlijk Archief Aarle-Rixtel invnr. 103, fol. 2v</ref> | ||
Na Lodewijck Wilhelm ging het over op zijn dochter Cecilia Mechtildis Josepha van Wijnbergen (1683-1709), weduwe van | Na Lodewijck Wilhelm ging het over op zijn dochter Cecilia Mechtildis Josepha van Wijnbergen (1683-1709), weduwe van Assuerus Ferdinandus van Raveschot. Zij hadden geen kinderen, en na hun dood ging de boerderij over op zijn broer Louis François van Raveschot. De boerderij kwam uiteindelijk in handen van Adriana Catharina van Ruelo (1686-1774), weduwe van [[Louis François van Raveschot (1667-1711)]] en daarna van [[Cornelis Kraijenhoff (1662-1729)]]. In 1726 verpachtte Van Ruelo haar boerderij in Vlierden, vermoedelijk die op de Achterste Beersdonk, voor 6 jaar aan Dirck Molendijx. Hij volgde daarmee Willem Franssen op. Uit de pachtakte maken we op dat het om een rietgedekte boerderij met wanden van hout, waarschijnlijk een vakwerkconstructie, ging.<ref>Helmond, notaris De Cort, d.d. 07-05-1726</ref> | ||
Samen met haar dochter Sophia Magdalena van Raveschot verkocht zij op 18 juli 1747 een huis, schuur en stallinge met zijn landerijen aan [[Judocus van den Heuvel (1715-1786)]] en zijn zus Cristina van den Heuvel (1719-1793). Hun vader Thomas van den Heuvel (circa 1680 - na 1747) was de pachter van de boerderij. Op basis van deze gegevens vinden we het huis ook terug in de huizenlijsten van Vlierden. Het betreft huis 65, in 1736 nog eigendom van de weduwe Craijenhoff, in 1751 van broer en zus Van den Heuvel, in 1786 van Joost Thomas van den Heuvel en zijn kinderen, in 1791 juist van zijn zus en in 1798 van Dirk Timmermans, zoon van zijn zus. Bewoner na het overlijden van vader Thomas was de familie Timmermans. Op het moment van koop in 1747 stond het eerstvolgende huis, van Vlierden gezien, pas op de [[Blikhalm]]. | Samen met haar dochter Sophia Magdalena van Raveschot verkocht zij op 18 juli 1747 een huis, schuur en stallinge met zijn landerijen aan [[Judocus van den Heuvel (1715-1786)]] en zijn zus Cristina van den Heuvel (1719-1793). Hun vader Thomas van den Heuvel (circa 1680 - na 1747) was de pachter van de boerderij. Op basis van deze gegevens vinden we het huis ook terug in de huizenlijsten van Vlierden. Het betreft huis 65, in 1736 nog eigendom van de weduwe Craijenhoff, in 1751 van broer en zus Van den Heuvel, in 1786 van Joost Thomas van den Heuvel en zijn kinderen, in 1791 juist van zijn zus en in 1798 van Dirk Timmermans, zoon van zijn zus. Bewoner na het overlijden van vader Thomas was de familie Timmermans. Op het moment van koop in 1747 stond het eerstvolgende huis, van Vlierden gezien, pas op de [[Blikhalm]]. | ||
Regel 86: | Regel 76: | ||
Manders bewoonde en bewerkte de boerderij dus vanaf 1881. Hij werd hierbij in 1884 enkele maanden geholpen door dienstknecht Cornelis Martens (1856). In 1915 werd de boerderij overgedaan aan [[Petrus Antonius Welten (1865-1940)]], mogelijk in de vorm van verpachting. Manders verhuisde naar wat vermoedelijk later [[Heibergweg 5]] zou worden, namelijk het adres B.8. Enkele jaren later vertrok Welten weer, en werd Manders' zoon [[Martinus Manders (1874-1959)]] hoofdbewoner. Hij zou de boerderij tot aan het einde van zijn leven blijven exploiteren, waarna zoon [[Karel Adrianus Manders (1923-2011)]] de boerderij van zijn vader overnam. Karel was in 1956 gehuwd met Martina Josepha Manders (1927-2007) en kreeg op de boerderij, die per 1 januari 1955 het adres [[Brouwhuisweg 9]] had gekregen, 3 kinderen. Zij groeiden samen met de kinderen van buurman [[Marinus van Rooij (1915-2001)]] op. Karel's broer woonde inmiddels op een boerderij op het latere adres [[Baleman 3]], een zijweg van de Heitveldweg. | Manders bewoonde en bewerkte de boerderij dus vanaf 1881. Hij werd hierbij in 1884 enkele maanden geholpen door dienstknecht Cornelis Martens (1856). In 1915 werd de boerderij overgedaan aan [[Petrus Antonius Welten (1865-1940)]], mogelijk in de vorm van verpachting. Manders verhuisde naar wat vermoedelijk later [[Heibergweg 5]] zou worden, namelijk het adres B.8. Enkele jaren later vertrok Welten weer, en werd Manders' zoon [[Martinus Manders (1874-1959)]] hoofdbewoner. Hij zou de boerderij tot aan het einde van zijn leven blijven exploiteren, waarna zoon [[Karel Adrianus Manders (1923-2011)]] de boerderij van zijn vader overnam. Karel was in 1956 gehuwd met Martina Josepha Manders (1927-2007) en kreeg op de boerderij, die per 1 januari 1955 het adres [[Brouwhuisweg 9]] had gekregen, 3 kinderen. Zij groeiden samen met de kinderen van buurman [[Marinus van Rooij (1915-2001)]] op. Karel's broer woonde inmiddels op een boerderij op het latere adres [[Baleman 3]], een zijweg van de Heitveldweg. | ||
In het kader van de ontwikkeling van [[Bedrijventerrein Zuidoost-Brabant]] werd de boerderij verkocht aan de gemeente Helmond. De gemeenteraad van Helmond had op 7 november 2000 besloten over te gaan tot aankoop van het perceel kadastraal bekend gemeente Helmond, sectie Z nr. 526, groot 63.40 hectare, met daarop een traditionele boerderij met afhangen, | In het kader van de ontwikkeling van [[Bedrijventerrein Zuidoost-Brabant]] werd de boerderij verkocht aan de gemeente Helmond. De gemeenteraad van Helmond had op 7 november 2000 besloten over te gaan tot aankoop van het perceel kadastraal bekend gemeente Helmond, sectie Z nr. 526, groot 63.40 hectare, met daarop een traditionele boerderij met afhangen, garagelberging en drie opslagruimten, gelegen aan Heitveldweg 9, voor de koopsom van 1.080.000 gulden. Verkopers waren de drie kinderen van de laatste bewoner.<ref>[http://www.helmond.nl/Internet/Zoeken-in-bestuurlijke-stukken/2000/2000-11/%2887061%29-Raadsvoorstellen.html?highlight=Heitveldweg Notulen gemeenteraad Helmond, 7 november 2000]</ref> In 1999 verhuisden Karel en Tina naar Vlierden. In mei 2001 werd de boerderij vervolgens gesloopt, maar niet vóór een documentatie door de Stichting Historisch Boerderijonderzoek had plaatsgevonden. Op de plaats van deze boerderij staat nu de bedrijfshal van Smurfit Kappa. | ||
== Typologie == | == Typologie == | ||
De boerderij was van het langgeveltype, waarbij de balken grotendeels op de buitengevels rustten. In het bedrijfsgedeelte heeft men aan de achterzijde een standvink geplaatst. Het woongedeelte bestond oorspronkelijk uit vier delen, met een gang vanaf de voorgevel. Aan de noordzijde lagen de goei kamer en de kelder met opkamer. Aan de zuidzijde lag de woonkeuken (herd). Het interieur van de boerderij was in de laatste fase aanmerkelijk beter bewaard gebleven dat dan van zijn buurman. | |||
De boerderij was van het langgeveltype, waarbij de balken grotendeels op de buitengevels rustten. Het woongedeelte bestond oorspronkelijk uit vier delen, met een gang vanaf de voorgevel. Aan de noordzijde lagen de | |||
== Literatuur == | == Literatuur == |