Bewerken van Hendricus Manders (1859-1937)
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 11: | Regel 11: | ||
| partner(s) = Johanna Catharina Meulendijks (1866-1919) | | partner(s) = Johanna Catharina Meulendijks (1866-1919) | ||
| beroep(en) = landbouwer | | beroep(en) = landbouwer | ||
| bidprentje = | | bidprentje = | ||
}} | }} | ||
'''Hendricus Manders (1859-1937)''' was landbouwer aan de [[Langstraat]] in Deurne. | |||
'''Hendricus Manders (1859-1937)''' was landbouwer aan de [[Langstraat]] in | |||
Hij was een zoon van de Deurnese landbouwer [[Pieter Manders (1822-1906)]] en Joanna Heesmans (1816-1865). Zijn beide ouders waren in Deurne geboren. | Hij was een zoon van de Deurnese landbouwer [[Pieter Manders (1822-1906)]] en Joanna Heesmans (1816-1865). Zijn beide ouders waren in Deurne geboren. | ||
Hij huwde op 31 januari 1891 in Deurne met Johanna Catharina Meulendijks (Vlierden 13 oktober 1866 - Deurne 20 augustus 1919), dochter van de landbouwer [[Johannis Meulendijks (1839-1917)]] en Catharina Smits (1839-1880). Haar beide ouders kwamen van Vlierden. | |||
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren: | Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren: | ||
Regel 42: | Regel 39: | ||
Op 26 april 1917, ruim een maand na het overlijden van zijn schoonvader vader, werden een deel van diens nagelaten goederen geveild in de herberg van [[Henricus van der Heijden (1870-1950)|Hein van der Heijden]]. Op 15 februari 1918 verdeelde de familie de nog niet verkochte goederen onderling ten overstaan van [[notaris De Leeuw]]. | Op 26 april 1917, ruim een maand na het overlijden van zijn schoonvader vader, werden een deel van diens nagelaten goederen geveild in de herberg van [[Henricus van der Heijden (1870-1950)|Hein van der Heijden]]. Op 15 februari 1918 verdeelde de familie de nog niet verkochte goederen onderling ten overstaan van [[notaris De Leeuw]]. | ||
Op 26 maart 1923 verkocht hij, mede als voogd over zijn twee nog minderjarige jongste dochters en met toestemming van zijn overige kinderen, voor tweehonderd gulden een perceel bouwland aan [[Antonius Hoebergen (1892 | Op 26 maart 1923 verkocht hij, mede als voogd over zijn twee nog minderjarige jongste dochters en met toestemming van zijn overige kinderen, voor tweehonderd gulden een perceel bouwland aan [[Antonius Hoebergen (1892)|Antonius Hoebergen]]. | ||
Waarschijnlijk is hij identiek met de Henricus Manders die op 31 juli 1911 deel uitmaakte van het bestuur van de [[Roomboterfabriek Het Haageind|Haageindse boterfabriek]], toen dat fabriek verkocht werd aan Theodore baron de Smeth van Deurne. | Waarschijnlijk is hij identiek met de Henricus Manders die op 31 juli 1911 deel uitmaakte van het bestuur van de [[Roomboterfabriek Het Haageind|Haageindse boterfabriek]], toen dat fabriek verkocht werd aan Theodore baron de Smeth van Deurne. |