Bewerken van Jacob Losecaat (1716-1796)
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 18: | Regel 18: | ||
Jacob was het oudste kind uit een gezin van tien kinderen van Antonie Losecaat en Cornelia van de Meeberg(en). | Jacob was het oudste kind uit een gezin van tien kinderen van Antonie Losecaat en Cornelia van de Meeberg(en). | ||
Hij huwde op 11 oktober 1741 in Deurne met Geertruij Hampen, ('s-Gravenhage 11 november 1711 - Asten 2 december 1788), een dochter van Gerrit Hampen en Johanna Cornelia van der Poel, een nicht van [[Antonie la Forme]] en de zus van | Hij huwde op 11 oktober 1741 in Deurne met Geertruij Hampen, ('s-Gravenhage 11 november 1711 - Asten 2 december 1788), een dochter van [[Gerrit Hampen]] en Johanna Cornelia van der Poel, een nicht van [[Antonie la Forme]] en de zus van [[Gerrit Hampen (1724-1808)]]. | ||
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren en nederduits-gereformeerd gedoopt: | Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren en nederduits-gereformeerd gedoopt: | ||
Regel 28: | Regel 28: | ||
#Balthasar Willem, (Asten 6 november 1752). In 1774 was hij borgemeester van Asten. <ref>In 1778 werd hij door een dokter onderzocht. ''Deze concludeerde dat hij was laboreerende aan slappigheyd van hersenen en te oordeelen dat desselfs toestand zodanig is dat er ten allen tijde ongelukken van te wagten zijn, zo hij niet verseekerde plaatse in bewaaringe werde gestelt.'' Deze genealogische gegevens en het silhouet zijn ontleend aan de website [http://www.alweer-een-vermeer.nl/losecaat/losecaat.htm#BM73494 Alweer een Vermeer].</ref> | #Balthasar Willem, (Asten 6 november 1752). In 1774 was hij borgemeester van Asten. <ref>In 1778 werd hij door een dokter onderzocht. ''Deze concludeerde dat hij was laboreerende aan slappigheyd van hersenen en te oordeelen dat desselfs toestand zodanig is dat er ten allen tijde ongelukken van te wagten zijn, zo hij niet verseekerde plaatse in bewaaringe werde gestelt.'' Deze genealogische gegevens en het silhouet zijn ontleend aan de website [http://www.alweer-een-vermeer.nl/losecaat/losecaat.htm#BM73494 Alweer een Vermeer].</ref> | ||
Hij vestigde zich in het prille voorjaar van 1735 in Deurne en werd in juli van dat jaar benoemd tot diaken van de hervormde gemeente. Op 11 september 1735 volgde zijn bevestiging. Aanvankelijk zou als zodanig de Liesselse schoolmeester [[Martinus Verhoeven (circa 1690-1736) | Hij vestigde zich in het prille voorjaar van 1735 in Deurne en werd in juli van dat jaar benoemd tot diaken van de hervormde gemeente. Op 11 september 1735 volgde zijn bevestiging. Aanvankelijk zou als zodanig de Liesselse schoolmeester [[Martinus Verhoeven (circa 1690-1736)]] worden benoemd, maar [[Johannes Antonius Martinet (1694-1739)|dominee Martinet]] kwam daartegen op grond van door de classis vastgestelde regels in verzet. | ||
In maart 1735 werd Jacob Losecaat geïnstalleerd als schepen van Deurne en Liessel als opvolger van [[Antonie Nouwen]]. In maart 1737 verliet hij de [[schepenbank]]. Mogelijk verhuisde hij toen naar Asten. | In maart 1735 werd Jacob Losecaat geïnstalleerd als schepen van Deurne en Liessel als opvolger van [[Antonie Nouwen]]. In maart 1737 verliet hij de [[schepenbank]]. Mogelijk verhuisde hij toen naar Asten. | ||
Toen Verhoeven in 1736 overleed, werd Losecaat door [[Balthasar Coymans (1699-1759) | Toen Verhoeven in 1736 overleed, werd Losecaat door [[Balthasar Coymans (1699-1759)]], de heer van Deurne en Liessel, voorgedragen als koster, voorlezer en schoolmeester van Liessel. Hij zou vervolgens ten overstaan van de gecommitteerde heren Van Heekeren tot Enghuijzen en Ten Hove door predikant Wittebol geëxamineerd moeten worden om aan te tonen dat hij over de vereiste bekwaamheden beschikte. Zo ver kwam het echter niet want op 26 maart 1736 werd bij de Raad van State om goedkeuring gevraagd van de aanstelling van Johannes Hanewinkel als schoolmeester van Liessel. | ||
In 1737 verwierf hij het ambt van gemeentesecretaris van Asten. | In 1737 verwierf hij het ambt van gemeentesecretaris van Asten. Antonie La Forme (1683-1775) stelde zich er borg voor hem. In 1739 was hij drossaard van Asten. In 1742 verwierf hij ook het secretarisambt van Bakel. Tevens was hij rentmeester van de heer van Asten. | ||
{{Appendix}} | {{Appendix}} |