Bewerken van Balthasar Coijmans (1699-1759)
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 4: | Regel 4: | ||
| functie1 = [[heer van Deurne]] | | functie1 = [[heer van Deurne]] | ||
| periode1 = 1728-1759 | | periode1 = 1728-1759 | ||
| voorganger1 = [[Gerardus | | voorganger1 = [[Gerardus Sulyard]] | ||
| opvolger1 = [[Theodorus de Smeth (1710-1772)|Theodorus de Smeth]] | | opvolger1 = [[Theodorus de Smeth (1710-1772)|Theodorus de Smeth]] | ||
| functie2 = [[Lijst_van_heren_van_Liessel|heer van Liessel]] | | functie2 = [[Lijst_van_heren_van_Liessel|heer van Liessel]] | ||
Regel 27: | Regel 27: | ||
In zijn testament legateerde hij aan de [[Armen van Deurne]] maar liefst 4.000 gulden. De helft daarvan kwam ten gunste van de diaconie en de andere helft de zogenaamde ''huijszittende armen'' van Deurne. De gelegateerde gelden moesten wel worden belegd en alleen de opbrengsten daarvan mochten aan de armenzorg worden besteed.<ref>RHCe Schepenbank Deurne en Liessel, 15e eeuw - 1810 toegang 13183 inv.nr. 73 - 28 december 1759.</ref> | In zijn testament legateerde hij aan de [[Armen van Deurne]] maar liefst 4.000 gulden. De helft daarvan kwam ten gunste van de diaconie en de andere helft de zogenaamde ''huijszittende armen'' van Deurne. De gelegateerde gelden moesten wel worden belegd en alleen de opbrengsten daarvan mochten aan de armenzorg worden besteed.<ref>RHCe Schepenbank Deurne en Liessel, 15e eeuw - 1810 toegang 13183 inv.nr. 73 - 28 december 1759.</ref> | ||
Coijmans overleed op 15 september op 59-jarige leeftijd in de Beemster en werd | Coijmans overleed op 15 september op 59-jarige leeftijd in de Beemster en werd op 21 september in Amsterdam begraven. Hij was ongetrouwd en kinderloos. Het huis in Amsterdam ging over naar Jan Pieter Theodoor Huijdecoper. Onder de [[heerlijkheid Deurne ]] wordt een opsomming gegeven van zijn Deurnese bezittingen bij zijn overlijden in 1759. | ||
Als testamentair executeurs traden na zijn dood op mr. Jan Graafland, burgemeester en raad van de stad Amsterdam, Jacob Gerrit Karsseboom, oud-schepen van Amsterdam, en mr. Ernst Graafland, pensionaris van Amsterdam.<ref>BHIC toegang 178 inv.nr. 98 Resoluties van de Staten-Generaal dienstjaar 1760 folio 66 – vrijdag 8 februari 1760.</ref> | Als testamentair executeurs traden na zijn dood op mr. Jan Graafland, burgemeester en raad van de stad Amsterdam, Jacob Gerrit Karsseboom, oud-schepen van Amsterdam, en mr. Ernst Graafland, pensionaris van Amsterdam.<ref>BHIC toegang 178 inv.nr. 98 Resoluties van de Staten-Generaal dienstjaar 1760 folio 66 – vrijdag 8 februari 1760.</ref> |