Brand van 14 april 1896: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 2: | Regel 2: | ||
Een jongen, die buiten was, ontdekte de brand en sloeg alarm bij | Een jongen, die buiten was, ontdekte de brand en sloeg alarm bij de vrouw van Lambertus , die binnen haar huiselijke bezigheden verrichtte. Beiden gingen naar den stal om het vee zo veel mogelijk te redden. Ze konden zes koeien bevrijden, maar vier koeien, een schaap, vier varkens en een paard kwamen in de vlammen om. De hele inboedel en een hoeveelheid hooi en stro verbrandden. | ||
de vrouw van Lambertus , die binnen haar huiselijke bezigheden verrichtte. Beiden gingen naar den stal om het vee zo veel mogelijk te redden. Ze konden zes koeien bevrijden, maar vier koeien, een schaap, vier varkens en een paard kwamen in de vlammen om. De hele inboedel en een hoeveelheid hooi en stro verbrandden. | |||
Door de grote afstand van het centrum konden de brandspuiten niets meer uitvoeren. | Door de grote afstand van het centrum konden de brandspuiten niets meer uitvoeren. | ||
| Regel 9: | Regel 8: | ||
De jongen, die nog probeerde het paard te redden, verbrandde daarbij zijn oor en verschroeide zijn haar. Het paard had hij weliswaar nog buiten gekregen, maar dat bezweek al snel aan de brandwonden. | De jongen, die nog probeerde het paard te redden, verbrandde daarbij zijn oor en verschroeide zijn haar. Het paard had hij weliswaar nog buiten gekregen, maar dat bezweek al snel aan de brandwonden. | ||
Twee koeien van zijn zwager [[Hubertus van Rixtel (1868-1952)]], die op [[Vreekwijk]] woonde en [[brand van 3 april 1896|elf dagen eerder door brand was getroffen]], waren hier tijdelijk gestald en kwamen ook om in de brand. Van Rixtel was niet verzekerd tegen brand. | Twee koeien van zijn zwager [[Hubertus van Rixtel (1868-1952)]], die op [[Vreekwijk]] woonde en [[brand van 3 april 1896|elf dagen eerder door brand was getroffen]], waren hier tijdelijk gestald en kwamen ook om in de brand. Van Rixtel was volgens het krantenbericht niet verzekerd tegen brand. De burgemeester meldde in zijn verslag dat hij bij zijn brand een schade had van 546 gulden en verzekerd was voor een bedrag van 2.050 gulden. | ||
Het huis en de inboedel waren ieder afzonderlijk verzekerd voor 2.000 gulden. De schade aan de boerderij bedroeg 1.500 gulden en aan de inboedel 2.500 gulden. | Het huis en de inboedel waren ieder afzonderlijk verzekerd voor 2.000 gulden. De schade aan de boerderij bedroeg volgens het krantenbericht 1.500 gulden en aan de inboedel was 2.500 gulden schade.<ref>Delpher [https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:000038549:mpeg21:p003 De Zuid-Willemsvaart van 16 april 1896]''</ref> Volgens opgave van de burgemeester was de schade aan het gebouw 1.200 gulden en aan de goederen 1.025 gulden.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/15 Uitgaande brieven van de burgemeester, brief 780 van 28 april 1896</ref> | ||
De oorzaak was, zoals gewoonlijk, onbekend. | De oorzaak was, zoals gewoonlijk, onbekend. | ||
[[Gps::{{#geocode:51.469522, 5.737335}}|]] | |||
{{appendix}} | |||
[[categorie:brand|1896 04 14]] | [[categorie:brand|1896 04 14]] | ||
Huidige versie van 20 okt 2023 om 16:36
Bij de brand van 14 april 1896 werd de boerderij annex herberg van de landbouwer Lambertus Smits op de Rakt vernield.
Een jongen, die buiten was, ontdekte de brand en sloeg alarm bij de vrouw van Lambertus , die binnen haar huiselijke bezigheden verrichtte. Beiden gingen naar den stal om het vee zo veel mogelijk te redden. Ze konden zes koeien bevrijden, maar vier koeien, een schaap, vier varkens en een paard kwamen in de vlammen om. De hele inboedel en een hoeveelheid hooi en stro verbrandden.
Door de grote afstand van het centrum konden de brandspuiten niets meer uitvoeren.
De jongen, die nog probeerde het paard te redden, verbrandde daarbij zijn oor en verschroeide zijn haar. Het paard had hij weliswaar nog buiten gekregen, maar dat bezweek al snel aan de brandwonden.
Twee koeien van zijn zwager Hubertus van Rixtel (1868-1952), die op Vreekwijk woonde en elf dagen eerder door brand was getroffen, waren hier tijdelijk gestald en kwamen ook om in de brand. Van Rixtel was volgens het krantenbericht niet verzekerd tegen brand. De burgemeester meldde in zijn verslag dat hij bij zijn brand een schade had van 546 gulden en verzekerd was voor een bedrag van 2.050 gulden.
Het huis en de inboedel waren ieder afzonderlijk verzekerd voor 2.000 gulden. De schade aan de boerderij bedroeg volgens het krantenbericht 1.500 gulden en aan de inboedel was 2.500 gulden schade.[1] Volgens opgave van de burgemeester was de schade aan het gebouw 1.200 gulden en aan de goederen 1.025 gulden.[2]
De oorzaak was, zoals gewoonlijk, onbekend.
Bronnen, noten en/of referenties
|