U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Bewerken van Deurne’s Confectieatelier

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Waarschuwing: U bent niet aangemeld. Uw IP-adres zal voor iedereen zichtbaar zijn als u wijzigingen op deze pagina maakt. Wanneer u zich aanmeldt of een account aanmaakt, dan worden uw bewerkingen aan uw gebruikersnaam toegeschreven. Daarnaast zijn er andere voordelen.

Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.

Huidige versie Uw tekst
Regel 7: Regel 7:
Het was Lamberta  Maria Theresia (Bep) Köhnen, (Deurne 30 maart 1926), dochter van [[Adrianus Theodorus Köhnen (1894-1944)]] en Jacomina Cornelia Coppus (1898-1988) en echtgenoot [[Henricus Franciscus Theodorus Bernardus Gijsbers (1922-2019)|Hank Gijsbers]], die het bedrijf in 1955 startte.
Het was Lamberta  Maria Theresia (Bep) Köhnen, (Deurne 30 maart 1926), dochter van [[Adrianus Theodorus Köhnen (1894-1944)]] en Jacomina Cornelia Coppus (1898-1988) en echtgenoot [[Henricus Franciscus Theodorus Bernardus Gijsbers (1922-2019)|Hank Gijsbers]], die het bedrijf in 1955 startte.


Het begon allemaal met een geïmproviseerd atelier thuis aan de [[Liesselseweg 2-4|Liesselseweg 4]] in Deurne (centrum) waar Bep aanvankelijk vooral luxe pyjama’s  ontwierp en produceerde. Ze zag het aantal orders snel stijgen en Decona verhuisde naar de voormalige bedrijfshal van [[Graan- en meelhandel Schiks]] aan de [[Groeneweg 11]]. De werkzaamheden vonden plaats in het deel van het fabriekspand gelegen aan de [[Groeneweg]] (ingang aan de kant van de Molenstraat). In het andere (veel grotere) deel gelegen aan de Groeneweg, ingang aan de kant van de [[Hogeweg (historische weg)|toenmalige Hogeweg]], was toen nog een afdeling van de [[Natex|Natex N.V.]] gevestigd. Het deels bakstenen en zwaar houten fabriekspand deed tot 1930 dienst als [[Haspelarij van Carp]], de garen en textielfabrikant [[Jacob Arnaud Carp (1871-1942)|Jacob Arnaud Carp]] uit Helmond.  
Het begon allemaal met een geïmproviseerd atelier thuis aan de [[Liesselseweg 2-4|Liesselseweg 4]] in Deurne (centrum) waar Bep aanvankelijk vooral luxe pyjama’s  ontwierp en produceerde. Ze zag het aantal orders snel stijgen en Decona verhuisde naar de voormalige bedrijfshal van [[Graan- en meelhandel Schiks]] aan de [[Groeneweg 11]]. De werkzaamheden vonden plaats in het deel van het fabriekspand gelegen aan de [[Groeneweg]] (ingang aan de kant van de Molenstraat). In het andere (veel grotere) deel gelegen aan de Groeneweg, ingang aan de kant van de [[Hogeweg (historische weg)|toenmalige Hogeweg]], was toen nog een afdeling van de [[Natex|Natex N.V.]] gevestigd. Het deels bakstenen en zwaar houten fabriekspand deed tot 1930 dienst als [[Haspelarij van Carp]], de garen en textielfabrikant [[George Jan Willem Carp (1798-1870)]] uit Helmond. Tijdens de [[mobilisatie 1939-1940]] heeft het pand dienst gedaan als kazerne/verblijf voor opgeroepen [[27 RI]] militairen die hier in de regio gelegerd waren en werd toen in de volksmond [[kazerne De Peelturf]] genoemd.   
 
Tijdens de [[mobilisatie 1939-1940]] deed het pand dienst als kazerne/verblijf voor opgeroepen [[27 RI]] militairen die hier in de regio gelegerd waren en werd toen in de volksmond [[kazerne De Peelturf]] genoemd.   


Toen de hoofdvestiging van de Natex N.V. eind jaren vijftig van de [[Textielstraat 6]] naar de [[Industrieweg]] verhuisde nam Decona ook het resterende deel van het fabriekspand in gebruik. Begin jaren zestig was er een groot ruimtegebrek en werd er een tweede ietwat kleiner maar ook bakstenen zwaar houten gebouw opgericht, parallel naast het fabriekspand aan de zijde van de Groeneweg/Hogeweg, waarin toen de magazijnen, de werkvoorbereiding, de kantine en de opleidingsschool werden ondergebracht. In het hoofdgebouw bevonden zich de productieafdelingen, zetelde er de directie en bedrijfsleiding, de administratie en de technische dienst. Ondanks deze uitbreiding was er nog steeds een gebrek aan huisvestingscapaciteit. Decona huurde dan ook wel bijna permanent opslagruimte elders in Deurne, onder andere in het pand [[Groeneweg 4]] van [[Sjef Guffens]] en [[Zaal Mijberg]] in de [[Sint-Jozefparochie]] waar voordien kousen- en Sokkenfabriek [[Jansen de Wit]] gevestigd was.
Toen de hoofdvestiging van de Natex N.V. eind jaren vijftig van de [[Textielstraat 6]] naar de [[Industrieweg]] verhuisde nam Decona ook het resterende deel van het fabriekspand in gebruik. Begin jaren zestig was er een groot ruimtegebrek en werd er een tweede ietwat kleiner maar ook bakstenen zwaar houten gebouw opgericht, parallel naast het fabriekspand aan de zijde van de Groeneweg/Hogeweg, waarin toen de magazijnen, de werkvoorbereiding, de kantine en de opleidingsschool werden ondergebracht. In het hoofdgebouw bevonden zich de productieafdelingen, zetelde er de directie en bedrijfsleiding, de administratie en de technische dienst. Ondanks deze uitbreiding was er nog steeds een gebrek aan huisvestingscapaciteit. Decona huurde dan ook wel bijna permanent opslagruimte elders in Deurne, onder andere in het pand [[Groeneweg 4]] van [[Sjef Guffens]] en [[Zaal Mijberg]] in de [[Sint-Jozefparochie]] waar voordien kousen- en Sokkenfabriek [[Jansen de Wit]] gevestigd was.
==Ontwikkelingen==
==Ontwikkelingen==
===Personele bezetting / Thuiswerksters ===
===Personele bezetting / Thuiswerksters ===
Het bedrijf van het echtpaar Gijsbers (inmiddels was Hank als algemeen directeur ook actief in het bedrijf gestapt) groeide uit van een bedrijfje met 10 vaste werkneemsters tot zo’n 150, vooral jonge vrouwen. Als een meisje trouwde stopte ze met werken. Dat hoorde in die tijd zo. Een aantal van hen deed dan (of later) nog wel thuiswerk voor Decona. Gemiddeld waren er op jaarbasis zo’n 50 thuiswerksters actief, bovenop het vaste personeelsbestand aan de Groeneweg. Met busjes van Decona werd het materiaal dan aan- en afgevoerd naar en van huis. Het thuiswerk beperkte zich meestal tot wat eenvoudiger naaiwerk dat dan moest passen binnen het actuele productieschema in de fabriek en wat op de door Decona ter beschikking gestelde naaimachines kon worden gedaan en die “slechts” een netspanning van 220 Volt hadden. De zwaardere machines binnen Decona zelf, met name lock- en stikmachines et cetera, draaiden op krachtstroom (380 Volt).   
Het bedrijf van het echtpaar Gijsbers (inmiddels was Hank als algemeen directeur ook actief in het bedrijf gestapt) groeide uit van een bedrijfje met 10 vaste werkneemsters tot zo’n 150, vooral jonge vrouwen. Als een meisje trouwde stopte ze met werken. Dat hoorde in die tijd zo. Een aantal van hen deed dan (of later) nog wel thuiswerk voor Decona. Gemiddeld waren er op jaarbasis zo’n 50 thuiswerksters actief, bovenop het vaste personeelsbetand aan de Groeneweg. Met busjes van Decona werd het materiaal dan aan- en afgevoerd naar en van huis. Het thuiswerk beperkte zich meestal tot wat eenvoudiger naaiwerk dat dan moest passen binnen het actuele productieschema in de fabriek en wat op de door Decona ter beschikking gestelde naaimachines kon worden gedaan en die “slechts” een netspanning van 220 Volt hadden. De zwaardere machines binnen Decona zelf, met name lock- en stikmachines et cetera, draaiden op krachtstroom (380 Volt).   
===Opleidingsschool===
===Opleidingsschool===
Jonge meisjes werden door Decona (vooral door Bep) zelf opgeleid tot modinette waarna ze konden doorstromen naar “het grote atelier”. Daar werkten ze aan dames- en heren blouses, pyjama's en luxe nachtkleding. In de jaren zestig was bijvoorbeeld de “babydoll”, een kort nachthemdje met pofbroek, razend populair. Synthetische stoffen waren er toen nog niet. Decona werkte voornamelijk met flanel, zijde, satijn en katoen, Tegen de jaren zeventig kwamen pas materialen als nylon en dergelijke in beeld. De opleiding tot modinette was een erkende en gewilde (Stichting Vakopleiding Confectie-industrie (V.O.C.) / Ministerie van Onderwijs). Het ging om een echt vakdiploma, heel wat voor die tijd. De opleidingsschool van Decona had een hoge status bij de VOC en was vermaard tot ver in de regio.
Jonge meisjes werden door Decona (vooral door Bep) zelf opgeleid tot modinette waarna ze konden doorstromen naar “het grote atelier”. Daar werkten ze aan dames- en heren blouses, pyjama's en luxe nachtkleding. In de jaren zestig was bijvoorbeeld de “babydoll”, een kort nachthemdje met pofbroek, razend populair. Synthetische stoffen waren er toen nog niet. Decona werkte voornamelijk met flanel, zijde, satijn en katoen, Tegen de jaren zeventig kwamen pas materialen als nylon en dergelijke in beeld. De opleiding tot modinette was een erkende en gewilde (Stichting Vakopleiding Confectie-industrie (V.O.C.) / Ministerie van Onderwijs). Het ging om een echt vakdiploma, heel wat voor die tijd. De opleidingsschool van Decona had een hoge status bij de VOC en was vermaard tot ver in de regio.
Al uw bijdragen aan DeurneWiki kunnen bewerkt, gewijzigd of verwijderd worden door andere gebruikers. Als u niet wilt dat uw teksten rigoureus aangepast worden door anderen, plaats ze hier dan niet.
U belooft ook dat u de oorspronkelijke auteur bent van dit materiaal of dat u het hebt gekopieerd uit een bron in het publieke domein of een soortgelijke vrije bron (zie DeurneWiki:Auteursrechten voor details). Gebruik geen materiaal dat beschermd wordt door auteursrecht, tenzij u daarvoor toestemming hebt!

Om de wiki te beschermen tegen geautomatiseerde bewerkingsspam vragen wij u vriendelijk de volgende CAPTCHA op te lossen:

Annuleren Hulp bij bewerken (opent in een nieuw venster)