Bewerken van Wertje Brouwer (1820-1864)

{{Infobox persoon
| naam            = Wertje Brouwer
| volledige naam  = Wertje Brouwer
| roepnaam        = Wirtje, Witje
| geboorteplaats  = Winschoten
| geboortedatum   = 24 april 1920
| overl.plaats    = Liessel
| overl.datum     = 8 februari 1864
| partner(s)      = Hendrika Moes (1834-1867)
| beroep(en)      = veenarbeider, opzichter
}}
'''Wertje (Wirtje, Witje) Brouwer (1820-1864) ''' was een Nederlands-Hervormde veenarbeider en opzichter in [[Liessel]].


Wertje  was een zoon van Freerk Brouwer (Winschoten 1774-1848 Avereest) en Geesje Jans Meninga (Anjeweer 1780-1862 Avereest). 

Hij huwde op 29 augustus 1857 in Deurne met Henderika Moes, (Nieuwleusen 4 juni 1834 - Someren 7 februari 1867), dochter van [[Albertus Hendriks Moes (1798-1871)]] en Geesje Doldersum (1805-1879).

Uit dit huwelijk werd geboren:
# [[Frederik Brouwer (1861-1927)|Frederik]], (Deurne 14 juni 1861 - Helmond 12 december 1926). Hij huwde met Johanna Elisabeth Mulder (1868-1921).

Hendrika Moes hertrouwde op 12 december 1864 in Deurne met [[Peter van Kampen (1839-1916)]]. Dit gezin vertrok op 12 mei 1866 naar Someren

{|style="float:right;" class="wikitable"
|{{
#display_map:circles=
Hoofdstraat 89 Liessel:20~C.55 Liessel~ ~blue~0.7~10~blue;
|zoom=16
|height=400
|width=400
}}
|}
Hij woonde na zijn huwelijk in Liessel op adres C.55, dat is ongeveer ter hoogte van het tegenwoordige adres [[Hoofdstraat 89]]. 

Na zijn overlijden werd zijn schoonvader Albertus Moes tot toeziend voogd van hun enig kind benoemd. Ook werd er ten behoeve van zijn minderjarige zoon een inventaris opgemaakt van alle bezittingen en schulden op dat moment. De inboedel bestond uit spek, worst en vet, landbouwproducten, landbouwgereedschap, twee geiten, zes kippen, en 10 gulden aan contant geld, samen gewaardeerd op 470,45 gulden. Er was een schuld van 100 gulden aan jonkheer meester Carel Frederik Wesselman van Helmond. De onroerende goederen tot deze boedel behorend, bestonden uit een huis met erf, bouw- en weiland onder Deurne, kadastraal sectie G 353, G 433, G 434 en G 1495. Uit deze boedel moesten nog  de begrafeniskosten van haar overleden man ten bedrage van 15 gulden betaald worden.

De genoemde onroerende goederen had Wertje Brouwer op 21 februari 1860 ten overstaan van de Astense notaris Frederik Albert Rovers gekocht van de erfgenamen van [[Antonius Bukkems (1794-1848)|Antonie Bukkems]]. Zijn weduwe liet het onroerend goed op 2 en 15 mei 1866 publiek veilen in de herberg van de weduwe van [[Franciscus Arnoldus van Griensven (1775-1826)|Francis van Griensven]]. Voor 1.220 gulden werd [[Antonius van Bommel (1810-1884)|Antonie van Bommel]] de nieuwe eigenaar.

{{DEFAULTSORT:Brouwer,Wertje}}
[[categorie:Brouwer|Wertje]]
[[categorie:veenarbeider]]
[[categorie:opzichter]]