Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Cornelis Rooijakkers (1848-1913)
Cornelis Rooijakkers | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Cornelis Rooijakkers | |
Geboorteplaats | Lierop | |
Geboortedatum | 27 september 1848 | |
Overl.plaats | Vlierden | |
Overl.datum | 28 december 1913 | |
Partner(s) | Catharina Joosten (1852-1941) | |
Beroep(en) | landbouwer, buitengewoon veldwachter, tapper, brandweerman |
Cornelis Rooijakkers (1848-1913) was landbouwer, buitengewoon veldwachter, tapper en brandweerman in Brouwhuis.
Cornelis was een zoon van Johannes Rooijakkers (Helmond 1818) en Wilhelmina Bukkems (Lierop 1819-1909 Erp).
Hij huwde op 24 januari 1879 te Lierop met Catharina Joosten, (Soerendonk 21 augustus 1852 - Eindhoven 5 oktober 1941), dochter van Peter Joosten en Petronella Biemans.
Kinderen uit dit huwelijk, allen geboren te Vlierden-Brouwhuis:
- Petronella, (19 november 1879 - Eindhoven 13 maart 1980). Zij huwde met Francis Sleegers (1870-1955).
- Johannes, (18 juli 1881 - 2 april 1920). Hij bleef ongehuwd.
- Wilhelmina, (1 april 1883 - Eindhoven 10 juni 1965). Zij huwde met Martinus Wijlaars (1877-1960).
- Peter (Peerke), (8 februari 1885 - Bakel 28 januari 1986). Hij huwde met Ida Johanna Coolen (1882-1962).
- Willem, (24 april 1887 - Lierop 20 december 1984).
- Hendrikus, (19 november 1888 - Geleen 26 juni 1969). Hij huwde met Johanna Verhoeven (1894-1963).
- Adrianus, (23 oktober 1890 - Brunssum 1 februari 1983). Hij huwde met Maria Dumont (1894-1946).
- Anna Maria, (18 augustus 1893 - Heerlen 2 april 1984). Zij huwde met Hendricus Manders (1889-1960).
Hij was eigenaar van herberg/bierhuis Herberg van Cornelis Rooijakkers.
Toen in 1896 het mond- en klauwzeer uitbrak werd Cornelis Rooijakkers, samen met Franciscus Kluijtmans, Jacobus Fransen, en Antonie van Tilburg, benoemd tot buitengewoon gemeenteveldwachter van Vlierden om ervoor te zorgen dat de genomen maatregelen tegen verdere verspreiding van deze veeziekte effectief werden nageleefd. Dat hij overigens zelf ook wel een scheve schaats kon rijden bleek toen hij op 2 oktober 1902 werd veroordeeld tot een boete van 40 gulden en verbeurdverklaring van het sleepnet waarmee hij gestroopt had.
Blijkbaar was Rooijakkers hierdoor zijn stropersgeest niet kwijtgeraakt want op 29 april 1907 werd hij weer bekeurd omdat hij zonder akte met een geweer over straat liep.