Kinderen van ons Volk: verschil tussen versies
k (naam hoort met een K is nog steeds leraar in Deurne) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 5: | Regel 5: | ||
Het toneelstuk ''Kinderen van ons Volk'', bestaande uit vijf bedrijven, werd geïnspireerd door de boeken ''Kinderen van ons volk'' en ''De Schone Voleinding'' van Antoon Coolen. Het verhaal speelde zich, naar wordt aangenomen, af in Deurne aan het begin van de twintigste eeuw. Het toneelstuk werd onder meer in 1997 uitgevoerd door [[De Peelcomedianten]] en [[toneelgroep Bejato]] onder regie van [[Wout van Loon]] en werd gespeeld in het [[dialect]]. Alle voorstellingen waren in [[de Vierspan]]. Het verhaal ging over het leven van Marieke Verberne en de boerenzonen Godefridus en Giel. | Het toneelstuk ''Kinderen van ons Volk'', bestaande uit vijf bedrijven, werd geïnspireerd door de boeken ''Kinderen van ons volk'' en ''De Schone Voleinding'' van Antoon Coolen. Het verhaal speelde zich, naar wordt aangenomen, af in Deurne aan het begin van de twintigste eeuw. Het toneelstuk werd onder meer in 1997 uitgevoerd door [[De Peelcomedianten]] en [[toneelgroep Bejato]] onder regie van [[Wout van Loon]] en werd gespeeld in het [[dialect]]. Alle voorstellingen waren in [[de Vierspan]]. Het verhaal ging over het leven van Marieke Verberne en de boerenzonen Godefridus en Giel. | ||
[[Joop de Leuw]] was één van de vier toneelmeesters, samen met [[Bert Bijnen]]. De dames [[Leen Strijbosch]] en [[Tineke Eggink]] zorgden voor de kleding . Alle attributen werden verzameld via particulieren eveneens kon er worden geleend uit het museum van mevrouw Fien van Berlo-Braks in Handel. Verder kon uitgebreid worden geput uit de collectie oude spullen in [[museum M’n Hökske]] van [[Thea Mansvelders]]. De decors werden gebouwd door een aantal leerlingen van de afdeling Timmeren van het [[Hub van Doornecollege]] onder leiding van leraar [[Erik van Heijster]]. | [[Joop de Leuw]] was één van de vier toneelmeesters, samen met [[Lambertus Henricus Christianus Cornelius Bijnen (1937-2017)|Bert Bijnen]]. De dames [[Leen Strijbosch]] en [[Tineke Eggink]] zorgden voor de kleding . Alle attributen werden verzameld via particulieren eveneens kon er worden geleend uit het museum van mevrouw Fien van Berlo-Braks in Handel. Verder kon uitgebreid worden geput uit de collectie oude spullen in [[museum M’n Hökske]] van [[Thea Mansvelders]]. De decors werden gebouwd door een aantal leerlingen van de afdeling Timmeren van het [[Hub van Doornecollege]] onder leiding van leraar [[Erik van Heijster]]. | ||
De [[Sint-Willibrordspelers]] brachten dit toneelstuk ook al vóór de [[Tweede Wereldoorlog]] op de planken. | De [[Sint-Willibrordspelers]] brachten dit toneelstuk ook al vóór de [[Tweede Wereldoorlog]] op de planken. | ||
[[Categorie:Toneelstuk]] | [[Categorie:Toneelstuk]] | ||
[[Categorie:Bibliotheek (heemkundekring)]] | [[Categorie:Bibliotheek (heemkundekring)]] | ||
Huidige versie van 26 aug 2022 om 19:27
Kinderen van ons Volk is de titel van zowel een boek van Antoon Coolen als van een toneelstuk.
Het toneelstuk Kinderen van ons Volk, bestaande uit vijf bedrijven, werd geïnspireerd door de boeken Kinderen van ons volk en De Schone Voleinding van Antoon Coolen. Het verhaal speelde zich, naar wordt aangenomen, af in Deurne aan het begin van de twintigste eeuw. Het toneelstuk werd onder meer in 1997 uitgevoerd door De Peelcomedianten en toneelgroep Bejato onder regie van Wout van Loon en werd gespeeld in het dialect. Alle voorstellingen waren in de Vierspan. Het verhaal ging over het leven van Marieke Verberne en de boerenzonen Godefridus en Giel.
Joop de Leuw was één van de vier toneelmeesters, samen met Bert Bijnen. De dames Leen Strijbosch en Tineke Eggink zorgden voor de kleding . Alle attributen werden verzameld via particulieren eveneens kon er worden geleend uit het museum van mevrouw Fien van Berlo-Braks in Handel. Verder kon uitgebreid worden geput uit de collectie oude spullen in museum M’n Hökske van Thea Mansvelders. De decors werden gebouwd door een aantal leerlingen van de afdeling Timmeren van het Hub van Doornecollege onder leiding van leraar Erik van Heijster.
De Sint-Willibrordspelers brachten dit toneelstuk ook al vóór de Tweede Wereldoorlog op de planken.